Het mooiste plekje van Coevorden, zeg je? Nou, dat moet wel het uitzicht vanuit mijn werkkamer zijn. Ik hoef alleen maar naar buiten te gluren en ik word getrakteerd op een pittoresk panorama van het kasteel, het Gouverneurshuis en het oude gemeentehuis dat nog steeds in gebruik is. Het is als een levendig schilderij, maar dan met een vleugje cynisme en een flinke dosis humor.

Je ziet van alles voorbijkomen: keurig geklede mensen die op weg zijn naar een avondje uit, koks gehuld in hun werkkleding, bedienend personeel haastig heen en weer rennend, werklieden gehuld in hun alledaagse overalls… en dan zijn er natuurlijk nog de ambtenaren. Oh, die ambtenaren. Als ze tussen de middag naar buiten komen voor hun lunchwandeling, lijkt het alsof een kudde koeien in mei voor het eerst de wei in mag na een winter lang op stal te hebben gestaan.

Ze strompelen naar buiten alsof ze net zijn bevrijd uit een bureaucratische kerker, hun gezichten opgelicht door het zonlicht alsof ze het daglicht al maanden niet hebben gezien. Het is een schouwspel dat je niet snel vergeet.

En terwijl ik daar zit, genietend van dit komische tafereel, kan ik niet anders dan glimlachen om de ironie van het leven in deze kleine stad. Want hoe mooi het plekje ook is, het zijn juist die kleine alledaagse momenten die het echt tot leven brengen. Dus ja, het mooiste plekje van Coevorden? Dat is zonder twijfel het uitzicht vanuit mijn werkkamer, compleet met zijn eigen unieke cast van personages.

Jan Veenstra