Deze column gaat over een banaan.

Die aan de muur geplakt was. Dat was kunst. Vervolgens kwam er iemand en die at de banaan op. Ook als kunst. Er waren bedragen mee gemoeid waaruit af te leiden was dat deze banaan duidelijk geen bonus-aanbieding was.

Kopers kochten trouwens niet daadwerkelijk een banaan (we weten allemaal hoe die er na een tijdje uitziet) maar het concept. Als bewijs daarvan kregen ze een certificaat van echtheid. Het werd voor 120.000 dollar per stuk vier keer verkocht. Reken maar uit. Bedenker Maurizio Cattelan provoceert graag en men kon dit werk zien als een aanklacht tegen de kunstmarkt. Dat David Datuna vervolgens de banaan op at als ‘performance’ hielp lekker mee in de media aandacht. Punt gemaakt.

Maar eigenlijk gaat deze column helemaal niet over die banaan natuurlijk. Eigenlijk is de vraag die ontstond na dat gedoe in Miami veel interessanter (en precies de bedoeling van de kunstenaar): wat is kunst en wat is kunst waard? Ik trek de vraag graag breder en stel: wat is kunst en cultuur en wat is kunst en cultuur waard?

Het kunstje met de banaan is natuurlijk voer voor iedereen die vindt dat kunstenaars (theatermakers, creatievelingen, vrije geesten etc.) maar graaiers zijn. Afhankelijk zijn van subsidies, beetje lanterfanten op kosten van de overheid en wat is nou toch eigenlijk het belang van iets “dat mijn kleine zusje ook kan” voor een samenleving?

De oude Grieken beseften echter al dat kunst en cultuur samen met politiek, wetenschap, religie en rechtspraak de samenleving een identiteit geven. Het Centraal Planbureau kwam begin dit jaar ook al tot de conclusie dat de culturele en creatieve sector 25,5 miljard euro of 3,7 procent bijdraagt aan het bruto binnenlands product, tweemaal zoveel als de landbouw, net iets minder dan het toerisme. Daarnaast is de cultuursector goed voor 320 duizend banen, dat is 4,5 procent van de werkgelegenheid. Uit deze keiharde cijfers blijkt dus dat kunst en cultuur een noodzaak zijn voor een samenleving. Niet alleen voor ons denken en ons gevoelsleven maar ook voor de economie. Ik denk dat het probleem er meer inzit dat de politiek, en vele anderen die houden van getallen, niet kunnen omgaan met de creatieve energie van de ‘culturelen’.

Ik durf te stellen dat kunst een mensenrecht is. Kunstenaars en theatermakers vertellen universele verhalen, deze brengen iets teweeg; je kunt er door verrast worden, door geraakt. Dit hoeft niet altijd positief te zijn, je kan er ook boos of verdrietig van worden. Maar als het hoe dan ook iets met je doet is, dat al goed. Het zet aan tot nadenken, tot discussiëren met anderen of juist om er samen van te genieten. Volgens mij hebben we dit hard nodig in de huidige tijd waarin groepen mensen vijandig tegenover elkaar staan. Het zijn smaken die verschillen. Wat de één prachtig vindt, vind jij misschien wel spuuglelijk. Waar jij hard om moet lachen, brengt bij een ander nog geen glimlach teweeg. En wat jou ontroert, kan iemand anders met droge ogen aanschouwen. Gelukkig maar! Want wat zou de wereld saai zijn als iedereen hetzelfde was en dacht én wat zou een samenleving tot stilstand komen als kunst en cultuur het leven niet meer kleuren.

En wat dat dan mag kosten? Minister Van Engelshoven is in Den Haag druk bezig met plannen om 8,6 miljoen te gaan bezuinigen op het Fonds Podiumkunsten. Iets dat zal zorgen voor een halvering van het aantal meerjarig gesubsidieerde gezelschappen. Waarom dat erg is? Omdat nu net deze groep experimenteert en vernieuwt. Dom is misschien een beter woord; het is vernietiging van creatief kapitaal en talentontwikkeling geen kans meer geven. De cultuursector gaat echter niet het Malieveld op, maar zoekt de dialoog met de minister en hopelijk levert dat nog wat op.

Op gemeentelijk niveau mogen het college van B&W en de gemeenteraad beslissen over culturele aangelegenheden. Ik hoop van harte dat men hierover binnenkort een gefundeerde, langetermijnvisie ontwikkelt waarin ook gekeken wordt naar wat kunst en cultuur lokaal betekenen. Op het gebied van leefbaarheid en vestigingsklimaat, maar ook wat het maatschappelijk teweegbrengt. We zijn hier toe aan zo’n visie en we zijn toe aan gedegen beleid. Geduld is echter niet mijn beste eigenschap. Misschien moet ik binnenkort eens ergens een banaan op een muur plakken en kijken wat er gebeurt…