Maar nu is het stil

Ik woon achter een basisschool. Gezellig geroezemoes door de week, in het weekend heerlijk rustig. Brengt mooie herinneringen boven en soms ook ergernis, als ik wéér die ene juf op maandag hoor gillen dat Pietje en Jantje van elkaar af moeten blijven en voor straf als laatste mogen kiezen uit de schuur met speelgoed voor buiten…

(Nee juf, Pietje en Jantje zijn 4 en die móeten elkaar duwen en aan elkaar trekken, maak ze de baas van de schuur, neem een bakje koffie en relax!) Maar vandaag, opeens, klonk een heleboel getoeter uit een open raam in een poging gelijk op te gaan en een trommel erdoorheen die de maat probeerde te houden. Een klas bezig met samen muziek maken, het klonk vreselijk vals maar o wat prachtig tegelijk!  Een lintje voor deze leerkracht en ik hoop zo dat dit niet eenmalig was, want van samen muziek maken krijg je mooie mensen.

Dit schreef ik al enige tijd geleden. Columnvoer over hoe belangrijk muziek en samen muziek maken is.

Maar nu is het stil.

Stil op het plein achter mijn huis, stil in de stad. En opeens hoor ik hoeveel vogels er fluiten in mijn tuin, hoe hard mijn kleine kippen eigenlijk kunnen kakelen en zelfs hoe de glasbak verderop geleegd wordt. Al het geluid komt nu een soort van “ongefilterd” binnen.

Ik werk momenteel vanuit huis. Vanachter mijn laptop en met een mobiele telefoon is het kantoorwerk van Hofpoort prima te doen. Met mijn collega heb ik dagelijks overleg en we komen zelfs weer tot nieuwe ideeën na de eerste schrik. En dat zie ik gelukkig ook om mij heen: mooie, hartverwarmende initiatieven die ontstaan om elkaar door deze rare tijd heen te helpen. Onze kleine bijdrage vanuit Hofpoort is muziek brengen op plekken waar niemand meer binnen komt, zolang dat nog kan. Muziek gaat nooit in quarantaine!

Ooit kopte het DvhN al dat ik “emotioneel incontinent” ben. Eigen schuld. Ik had het zelf gezegd in een interview. En al heb ik dat bijna tien jaar later steeds beter onder controle, toch had ik regelmatig spontane tranen de afgelopen dagen. Omdat muzikanten zich aanboden om belangeloos bij te dragen en locaties vroegen om wat gezelligheid voor de bewoners. Wat een ontroerende hoeveelheid liefde voor elkaar!

Maar ook omdat ik de kanalen in Venetië voorbij zie komen; helderder dan ooit tevoren en ik vraag me af of we straks, als dit over is, weer in hetzelfde razende tempo als daarvoor verder gaan. Ik mis mijn kinderen die bij hun geweldige vader zijn momenteel en denk tegelijk aan al die gezinnen die nu noodgedwongen op elkaars lip zitten en waar dat níet goed gaat. (De Kindertelefoon draait overuren las ik.)

Ik zie een meneer op tv vertellen vanuit een ver en zonnig vakantie-resort dat hij “in de hel is beland” met zijn gezin omdat hij niet naar Nederland terug kan. (Nee meneer, dat is alleen maar heel vervelend. De hel is een vluchtelingenkamp op Lesbos, geschikt voor 3000 mensen en waar nu ruim 15.000 mensen klem zitten).

En ik zie een verkeerd geblondeerde man en een ongeïnteresseerde, twitterende uil van Minerva naast hem een minister in een debat, dat al zeven uur gaande is, bedelven onder een berg ongefundeerde kritiek die z’n weerga niet kent waarop de minister letterlijk omvalt.

Ongefilterd. Recht in mijn gezicht en in mijn hart.

Maar ik wil en zal me blijven focussen op de mooie dingen.

Ik geniet opeens van heel andere muziek via Spotify dan anders; nooit gehoorde jazz, klassieke muziek en nieuwe artiesten. Ik ben bezig in mijn tuin en zie het eerste groen, nog groener dan bij de buren. Ik laat digitaal de theatermakers bij mij binnenkomen en heb grenzeloze bewondering voor hun creativiteit en veerkracht. (Net als voor de horeca-ondernemers die nu de boel omgooien en bezorgen of waar je kan afhalen; doe dat als je kan regelmatig, zodat je straks ook weer je favoriete tafeltje kan reserveren).

Ik ben zo trots als mijn moeder laat weten dat ze een berichtje van mijn kind heeft gekregen waarin hij aanbiedt haar te helpen als dat nodig is. En ik geniet als ik vanaf twee meter afstand een grote grijns op het gezicht van een bewoner van het Thomashuis zie verschijnen als de muzikant de eerste tonen laat klinken van een lied van Frans Duijts.

Allemaal, godzijdank, ongefilterd!

Vanuit mijn slaapkamerraam zie ik nog steeds de kerstlichtjes branden in de bomen op de Markt, als een Coevers’ baken. Zie ik ook de conciërge de bomen snoeien op het verlaten schoolplein.

En ik hoor vogels, heel veel vogels. Hoort u ze ook?

De lente is namelijk keihard, totaal ongefilterd door wie of wat dan ook, begonnen en een nieuw begin hangt in de lucht.

Echt!