Het zijn rare tijden
“Kind, het zijn rare tijden”, zei mijn oma vaak.
Mijn oma is overleden in 2003, op een Moederdag.
(Doet niets ter zake hier maar dat vind ik zelf nog altijd bijzonder).
De laatste jaren was ze in de war, begreep de wereld niet meer. Maar ook in de jaren ervoor, helder van geest, had ze moeite om de veranderende wereld om haar heen bij te houden.
Alles ging zo snel opeens.
En vrijdagavond, na twee hectische werkdagen, denk ik opeens aan haar woorden weer.
Rare tijden, dat zijn het.
Ook nu.
Donderdagmiddag na de persconferentie van Rutte ging alles op het theaterkantoor in een stroomversnelling;
mijn collega was al naar huis en samen met onze stagiaire ben ik begonnen met het afbellen van alle mensen die vrijdagavond naar een voorstelling zouden gaan.
Een oudere doelgroep, niet bezig met social media.
“Ach, giet ‘t weer niet deur?”
Al snel werd duidelijk dat alle theaters op slot zouden gaan tot en met 31 maart.
Want 100 mensen bij elkaar is een getal, maar wat te doen met 69 mensen op een kluitje?
Sommige theaters deden nog een stoere poging om de zalen te vullen tot 99 stoelen, maar dat is mal natuurlijk.
Waar ligt dan de grens?
Donderdagavond lag ik, zonder mondkapje, bij mijn schoonheidsspecialiste.
Toen later een impresariaat contact zocht, voelde ik me opeens een stuk minder ontspannen; hoe belangrijk zijn wenkbrauwen in tijden van nationale crisis?!
Vrijdag ging het op kantoor in rap tempo door.
Bellen, mailen, wachten op antwoord, het nieuws volgen.
Wat mij trof, was dat de mensen die ik aan de lijn had mij (en ik andersom) sterkte wensten.
Dat we nog konden lachen met elkaar over negen maanden later, gezien de vele saaie, vrije avonden van het publiek, maar tegelijk benoemen dat we dachten dat het met 31 maart nog niet klaar is.
Collega’s die de lijn vrij wilden houden en andere collega’s die zich ook afvroegen wat te doen met zoveel vrije avonden “en we kunnen nergens heen”.
Maar dat gaat nergens over natuurlijk.
Het gaat om veel meer.
Het gaat om mensen die geconfronteerd worden met opeens een lege agenda qua werk.
Geen werk is geen inkomen voor die categorie, de theatermakers, de creatievelingen en iedereen daaromheen.
Een groep die doorgaans geen buffer heeft, zeker niet aangezien ze na de magere cultuur-jaren nu net bezig waren om weer op te krabbelen.
En ja, ook heel veel andere groepen treft de maatregelen; horeca, mkb etc.
En ook ja, het zijn allemaal risico’s als je zzp’er bent.
Maar we bevinden ons momenteel op niet in kaart gebracht terrein, viel te lezen in de Theaterkrant.
Het culturele leven wordt stilgelegd op een schaal die sinds de Tweede Wereldoorlog niet gezien is.
Een dusdanige grootschalige sluiting is een historische gebeurtenis, in lijn met het theaterverbod van 1770-1773 vanwege veepest of de sluiting van de zomerkermissen wegens cholera in 1832, 1833 en 1866.
Het is een rare wereld momenteel.
Het is tegelijk een tijd om ons te bezinnen. Een noodgedwongen stilstand om eens om ons heen te kijken.
Ik las een opmerking dat de enige die zucht van verlichting Moeder Aarde is, en dat is misschien wel zo, zonder zweverig te doen overigens.
Even geen ruis maar alleen dat wat belangrijk is nu; rust, compassie en bezinning.
En oh, wat heb ik een grenzeloze waardering voor de mensen in de zorg en het onderwijs, zij houden alles draaiende momenteel.
Zorg goed voor jezelf en de ander.
De creatievelingen zijn alweer op allerlei manieren bezig om hoe dan ook bij je binnen te komen met kunst, cultuur en moois dat je leven kleurt, laat dat maar aan ze over!
Binnenkort gaan hopelijk ook de deuren van Hofpoort weer open en is iedereen weer welkom.
Rare tijden zullen er altijd zijn lieve oma!